Carpinus betulus
- Nederlands:
- Gewone haagbeuk
- Français:
- Charme commun
- English:
- Common hornbeam
- Deutsch:
- Gemeine Hainbuche
- Familie:
- Betulaceae
- Areaal
-
Europa, Klein-Azië
- Type
- Loofboom
- Groenblijvend of Blad-/naaldverliezend
- Blad-/naaldverliezend
- Boomgrootte
-
1e grootte B of Vormboom
15 - 20 m
- Groeisnelheid
-
Snel Gemiddeld Traag - Levensduur
-
Korte levensduur Gemiddelde levensduur Lange levensduur
Gemiddelde levensduur = bomen met een climax bij 120-150 jaar
Lange levensduur = bomen met een climax bij meer dan 150 jaar - Bewortelingstype
-
Eerder diepwortelend Eerder vlakwortelend wortelt tamelijk oppervlakkig en heeft een weinig uitgebreid wortelgestel
- Kroonvorm
-
Ovaal
breed eirond, later rond
- Kroonbreedte
-
< 3 meter 3-5 meter 5-10 meter 10-15 meter > 15 meter - Onderscheidende determinatiekenmerken
- Belangrijkste botanische kenmerken:
Blad
Verspreide bladstand, eivormig-elliptisch met iets hartvormige of afgeronde voet en toegespitste top. Dubbel gezaagde bladrand, 8 tot 10 cm lang. De zijnerven lopen evenwijdig tot aan de bladrand, het bladmoes staat enigszins bol tussen de bladnerven. De onderzijde is behaard op de hoofdnerven en in de oksels. Bladeren zijn kort gesteeld (1 cm).
Bloeiwijze
Bloei in april-mei, na of tijdens de bladuitloop, mannelijke katjes 3 tot 4 cm lang, uit zijknoppen van de éénjarige twijgen, geelgroen. De vrouwelijke katjes zijn kleiner en komen op het uiteinde van de nieuwe scheuten met driedelig schutblad.
Vrucht
Klein nootje met 7 tot 11 ribben en verbonden met een 2 tot 3 cm lang driedelig schutblad, waarvan de middelste slip veel langer is dan de zijdelingse, in trossen bij elkaar, rijp eind september.
Twijgen en knoppen
De twijgen zijn aanvankelijk behaard, later kaal, rood tot roodbruin, zigzag lopend. De knoppen zijn smal en toegespitst, lijkend op die van de Beuk, maar aanliggend en korter.
Schors
Dun, grijs met strepen en verticale lijsten, vaak zilverachtig glanzend.